De term faseovergang (of faseverandering) wordt meestal gebruikt om overgangen te beschrijven tussen vaste, vloeibare en gasvormige toestanden van materie en, in zeldzame gevallen, plasma (fysica). Een fase van een thermodynamisch systeem en de toestanden van materie hebben uniforme fysische eigenschappen. Tijdens een faseovergang van een bepaald medium veranderen bepaalde eigenschappen van het medium, vaak discontinu, als gevolg van de verandering van een externe toestand, zoals temperatuur, druk of andere. Een vloeistof kan bijvoorbeeld gas worden bij verwarming tot het kookpunt, hetgeen resulteert in een abrupte verandering in volume. De meting van de externe omstandigheden waarbij de transformatie plaatsvindt, wordt de faseovergang genoemd. Fase-overgangen zijn gebruikelijk van aard en worden tegenwoordig in veel technologieën gebruikt.
|